- ijskoud
- {{ijskoud}}{{/term}}1 [zo koud als ijs] 〈bijvoeglijk naamwoord〉 glacé2 [figuurlijk][geheel onbewogen] 〈bijvoeglijk naamwoord〉 glacial; 〈bijwoord〉 froidement♦voorbeelden:1 mijn handen zijn ijskoud • j'ai les mains geléeshij kreeg het ijskoud • il gelaitijskoud worden • se glacer2 een ijskoude ontvangst • un accueil glacialhij bleef ijskoud zitten • il resta assis, imperturbableze zetten je ijskoud op straat • ils vous mettent froidement dehors't is een ijskouwe • il est imperturbable
Deens-Russisch woordenboek. 2015.